Het verschil tussen de mannelijke en vrouwelijke kant van een laadkabel voor EV’s zit in de aansluiting en het ontwerp. De mannelijke kant – het 'laadstation-stekker' – wordt aangesloten op de laadpaal of wallbox en heeft zichtbare pinnen voor stroom en communicatie. De vrouwelijke kant – de 'voertuigconnector' – gaat in de auto en bevat verzonken contacten voor extra veiligheid.

Beide uiteinden voldoen aan de IEC 62196-2 norm (in Europa bekend als Type 2), maar hebben elk hun eigen functie en zijn niet uitwisselbaar. De voertuigzijde bevat veiligheidsfuncties zoals vergrendeling en aanwezigheiddetectie. De laadpaalzijde is juist ontworpen voor de infrastructuur.

Dit onderscheid is belangrijk voor de veiligheid en wetgeving. Het voorkomt dat gebruikers twee kabels koppelen als verlengstuk, wat oververhitting of storingen kan veroorzaken. Dankzij deze opbouw blijft de stroomrichting, aarding en communicatie tussen auto en laadstation veilig en stabiel.